Waterstofimport in Vlaanderen
De partners van deze studie willen actief inzetten op de toekomstige ‘supply chain’ om hernieuwbare energiedragers in Vlaanderen in te voeren. De gezamenlijke studie is gericht op het verwerven van de nodige inzichten om vervolgens de schouders te kunnen zetten onder concrete projecten die het produceren, transporteren en gebruik van waterstof of alternatieve dragers gestalte geven.
DEME, Engie, Exmar, Fluxys, Port of Antwerp, Port of Zeebrugge en WaterstofNet
Budget: € 359.801
Subsidie: € 179.902
Context
Het bereiken van een klimaatneutrale economie tegen 2050 is niet haalbaar op basis van uitsluitend het lokale potentieel aan hernieuwbare energie. De invoer van hernieuwbare energie in de vorm van moleculen zal eveneens noodzakelijk zijn om onze doelstellingen te halen, een robuust en betaalbaar energiesysteem uit te bouwen en om dus voor het behoud van de huidige concurrentiepositie en welvaart te verzekeren. Uit de analyse van meerdere scenario’s blijkt dat Europa aanzienlijke hoeveelheden energie zal moeten importeren, ook vanuit overzeese gebieden. Een groot deel van deze energie-import zal onder moleculevorm zijn (met onder andere een aantal waterstofgebaseerde energiedragers). Ook de internationale context evolueert zeer snel. De EU commissie en verscheidene lidstaten zoals België, Duitsland en Nederland zetten zeer sterk in op waterstof en de cross-border aanpak.
Doelstellingen
Het consortium bestaat uit partners die actief willen inzetten op de toekomstige ‘supply chain’ om hernieuwbare energiedragers in Vlaanderen in te voeren. Partners DEME, Engie, Exmar, Fluxys, Port of Antwerp, Port of Zeebrugge en WaterstofNet hebben de competenties en de zakelijke slagkracht om de volledige keten te implementeren en hebben hun krachten gebundeld binnen de waterstof-import coalitie.
Dit is een gezamenlijke studie gericht op het verwerven van de nodige technische, economische en beleidsmatige inzichten om vervolgens de schouders te kunnen zetten onder concrete projecten die het produceren, transporteren en gebruik van waterstof of alternatieve dragers gestalte geven. Er wordt eveneens samengewerkt met onder andere de Procura studie die de verdere integratie in het volledige energiesysteem nader onderzoekt en beleidsaanbevelingen formuleert.
Het consortium bouwt nieuwe kennis op en integreert deze over de volledige waardeketen gaande van hernieuwbare energieproductie op basis van hybride wind- en zonneinstallaties, over elektrolyse- en waterstofconversieinstallaties, opslagfaciliteiten, terminalfaciliteiten, gespecialiseerde schepen en pijpleiding installaties voor het transport van dragermoleculen tot en met de industriële eindgebruiker.
De belangrijkste focus ligt op de integratie van de verschillende onderdelen, op de industriële haalbaarheid en op de economische implicaties.
De analyse detecteert ook eventuele drempels van technologische of regulatoire aard.
Generatiefaciliteiten zoals wind- en (hybride) zonne-installaties waaronder elektrolyse- en waterstofconversie-installaties, mobiele en vaste opslagfaciliteiten, terminalfaciliteiten, speciaal scheepsontwerp voor transport van dragermoleculen, pijpleiding installaties zijn mogelijke onderdelen voor innovatie.
Resultaten
De resultaten werden in een publiek rapport gepresenteerd in januari 2021. In de volgende fase werkt de coalitie voort op de uitbouw van de waterstofimport naar België.